.jpg)
Rust is op 1 poot, in 3D
41cm breed, 46cm lang, 36 cm hoog, 2024
Voor het thema Balans van de De-Uitdaging, gekozen door Margeeth, heb ik het zelfde idee gebruikt als voor het thema van de Miniatuurquilts Tentoonstelling van het Quiltersgilde van 2024. Een meeuw in rust aan de kust n.a.v. 1 van mijn eigen foto's van de Stormmeeuw (Larus canus).
Maar dit keer was er een ander formaat opgegeven en was het ook de Uitdaging om het in 3D te gaan uitvoeren. De foto van de 1e quilt "Rust is op 1 poot" staat onderaan het verhaal.
Om het helemaal in textiel uit te voeren en geen massief gevuld "speelgoed beest" te laten zijn heb ik een frame gemaakt van dwars op elkaar gestapelde en genaaide rollen van een dikke wollen stof. Heel veel rollen stoffen tot staven die ook een frame vormen in de vogel. Vanwege het op 1 poot staan kon ik geen stoffen staander maken die maar poot dikte had. Daarom na veel denken 1 compromis. Maar wel een textiele oplossing. Er zit een op maat gezaagde breinaald nr 4 in de poot.
De meeuw staat op een rots in zee. Dit om stabiliteit voor het staan van de poot verlengd in de rots te krijgen. De rots is gemaakt van verschillende stukken grijs wolvilt . Hier en daar op de naden met lint en steken als alg op de rots en glinstering van beetje water op het steen versierd. Het geheel past strak om het onderliggende frame. met in het midden het gat waar de poot door gaat.
Voor het lijf van de vogel heb ik een patroon van papier gemaakt en na veel passen en meten is het verdeeld in stukken. De patroondelen zijn allemaal van een witte geplooide katoen met daaronder een dunne laag fiberfill en een beige onderlaag en het is in delen in meander gequild. (Foto links boven) Daarna zijn de delen op de hand aan elkaar genaaid waarbij de naden weer extra stevigheid aan de vogelvorm geven.
Daarbij zijn de ogen er eerst opgenaaid voor het sluiten van de kop. Ze zijn gemaakt van okergele tule en witte organza en een stukje zwart vilt en wit garen. (Foto rechtsonder)
De snavel is gemaakt na veel puzzelen met patroonpapier. Het is van een oude gele katoen met grijs DMC en geel garen. Met wat witte lijfstof er op en omheen in de opening van de kop genaaid. (Foto rechts boven, links onder)
In de kop zit een stavenframe om de breedte en hoogte van de kop van binnenuit te vormen. Het lijf heeft een staaf tot in het puntje van de staart. op de foto hieronder zit de staaf nog niet in het lijf. Ik kon zo steeds het lijf om het frame passen omdat de staven wel buigzaam zijn.
.jpg)
Nadat het lijf af was kon het van onderen bij de poot helemaal dicht gemaakt worden en zit het nu definitief om het frame.
.jpg)
Nu de vleugels van de Stormmeeuw. Ze zijn voor een groot deel grijs met punten die eindigen in zwarte veren met ronde witte vlekken. De staartveren zijn wit. Het lijkt als of je 3 maal vleugelveren ziet maar dat komt door de manier waarop de vogel zijn veren buigt en naast zijn lijf vouwt.
De witte staartveren zijn een deel van het lijf, De zwarte veren zijn van zwarte wollen kledingstof met daarop de witte geplooide stof in rondjes aan de bovenste laag. Fiberfill en een zelfde zwarte stof aan de onderzijde zijn met zwart en witgaren door gequild in lijnpatroon. Dit geeft stijfheid aan de vorm. De 2 delen zijn iets naar elkaar toe op het lijf genaaid.
De poot is een wollen staaf die zo hoog is als het hele werk. Het bovenste deel zit dus tot boven in de rug en de staaf eindigt op de ondergrond in de rots. Onder het lijf zit een deel zichtbaar, Dat is de vogelpoot gemaakt door een stuk oude gele katoen om de staaf te naaien met een kleine plooi waar de meeuw een gewricht heeft. Aan de onderkant van de poot is een zwemvlies. Daar heb ik eerst weer een papieren patroon voor gemaakt en dat daarna in stof met een laagje vliesline en achterlaag uitgevoerd. De zwemvlies komt direct op de rots maar zit niet vast. Zo kan de poot er nog uit om "kleiner" te worden opgeborgen voor vervoer.
Het vleugeldeel dat grijs is bij de Stormmeeuw is van meer lagen grijze dunne katoen met 1 laag vliesline er tussen. Om de rafelkanten te hebben over het hele oppervlak heb ik steeds kortere vleugelvormen gestapeld en die per laag doorgequild in verenpatroon. (Linker foto) Daarna de stofranden gerafeld met een speld om uiteinde van veren uit te beelden.
De zee om de rots is van het formaat dat opgegeven was voor dit thema. Minimaal 1,5 m omtrek. Zo voldoet het gehele werk aan de opgegeven maat.
De zee bestaat uit een blauwe ondergrondlap met een split in het midden om nog bij het binnenframe van de rots te komen voor het plaatsen van de poot. Daarop 2 lagen van de beige wollen vilt, voor stevigheid met een uitsparing voor de rots. Daarop een top van grijze katoen. Daarna van donkerblauwe wol gehaakte golfrollers. De meeuw staat met kop in de wind en de golven rollen dus richting staartkant. Naast de rollers delen in 2 tinten lichtblauw organza en lichtgrijze organza geplooide golfvormen. Op de hoogste golven wit rekbaar kant genaaid en bij de lage golven hier en daar wat "draden" van een metaal schuursponsje.
Rechterkant, Linkerkant
Voorkant, Achterkant
2 van mijn foto's (van een zilvermeeuw) die als model deden voor dit werk.
De quilt (2D) die mee deed met de MIniatuurquilt tentoonstelling 2024 van het Quiltersgilde die nu rondtoert en weer te zien is in Nederland op de TexHanDa Beurs in de Brabanthal, Den Bosch 13 t/m 15 sept 2024.
%201%20P2124220.JPG)
.JPG)
.JPG)
.JPG)
